Over SCROOGE

Compagnie couRage bewerkt het wereldberoemde kerstverhaal van Charles Dickens A Christmas Carol(1843). Iedereen associeert deze titel met het sentimentele en ‘cheezy’ kerstverhaal dat we kennen van Hollywood-filmbewerkingen. Dit bewijst eens te meer dat weinigen het verhaal ook daadwerkelijk gelezen hebben. A Christmas Carolis een nachtmerrieachtige rondedans waarin een vrekkige en egoïstische Ebenezer Scrooge wordt gewezen op zijn eigen kwetsbaarheid, punt waar menselijkheid en mededogen begint.

Dickens noemt zijn verhaal a carol,dit is een lied waarbij na elke strofe eenzelfde refrein wordt herhaald. Deze liederen waren niet enkel Kerstliederen. Ze werden gezongen bij feestelijkheden die in verband stonden met de verandering van de seizoenen: zoals de winterzonnewende (Kerst) en de lentefeesten (Pasen). Ze stammen af van het Frans ‘carole’; Middeleeuwse rondedansen. In de 19de eeuw, tijdens de Victoriaanse tijd, kende het Kerstfeest een heropleving. Dickens schreef zijn verhaal in functie van dit Kerstfeest. Hij deelt zijn verhaal op in vijf staves,wat notenbalk betekent.

Dickens was zelf een uitstekend performer en hij las en speelde zelf zijn verhaal. Het was één van zijn grootste successen waarbij hij zelf verantwoordelijk werd voor de sentimentele reputatie die zijn verhaal uiteindelijk kreeg. Waarom? Naarmate het succes van het verhaal groter werd schrapte hij meer en meer de meest gruwelijke details uit zijn eigen verhaal; de confrontatie met de kinderen van het industriële tijdperk Ignoranceen Want.

Hij schreef het verhaal na een bezoek aan een ‘ragged school’, dit waren scholen die door Christelijk geïnspireerde groeperingen werden opgericht voor arme kinderen. Ze kregen er voedsel en kleding, werden er gewassen, en leerden lezen, schrijven en rekenen, en…bidden en psalmen zingen. Dickens steunde deze scholen  ook al verzette hij zich tegen religieuze indoctrinatie – hij vond dat armen meer baat hadden bij een brood dan bij een gebed. Dickens bekritiseerde in zijn werk de schaduwzijde van de industriële revolutie:  de steeds groter wordende kloof tussen arm en rijk en de manier waarop grootindustriëlen winsten maakten op de rug van de armen. Hij was een tegenstander van kinderarbeid en slavernij. Eerst wou hij een politiek pamflet schrijven, maar tijdens een lange wandeling bedacht hij een verhaal waarbij de egoïstische Scrooge ’s nachts getormenteerd wordt door herinneringen en visioenen die hem tot compassie met z’n medemens brengen. Dickens was overtuigd dat fictie meer impact had dan een politiek pamflet.

De vijf delen (staves) kunnen gezien worden als een rondedans, een draaikolk waarin Scrooge terechtkomt. Een soort spirituele reis die hem confronteren met de kwetsbaarheid van het menselijk leven, inclusief zijn eigen leven. Kern van deze confrontatie is de scene waarin de ‘Geest van de Kerst’ hem twee kinderen toont. Het zijn de kinderen van het industriële tijdperk: Ignorance(onwetendheid) en Want(begeerte). Twee producten van het kapitalisme, twee vormen van armoede, de geestelijke (onwetendheid) en de materiële (begeerte, nood). De kinderen zijn ziek, mager (ondervoed), dragen geen kleren maar vodden en lompen, zijn agressief, eerder dierlijk dan menselijk (wolven). Ze tonen hoe armoede ontmenselijkt.  Daartegenover staat Scrooge, perfect product van het industriële tijdperk, met een absolute hang naar controle, winst en financiële zekerheid, en met een obsessieve angst voor verlies. Een koudbloedige haai die zich voedt met geïnstitutionaliseerde wreedheid. Een man die zijn eigen kwetsbaarheid vergat door de herinnering aan zijn eigen kinderlijke onschuld te verdringen. A Christmas Carolbiedt Scrooge een tweede kans. Een kans op een leven met mededogen voor zijn medemens. (Alain Pringels)